ZEIL
Voor het kunnen maken van deze vlieger is een kartonnen mal noodzakelijk. Zet de maten voor de halve vlieger volgens de tekening uit op het karton en snij langs een liniaal de mal uit. Hou bij de middennaad A-A rekening voor een zoom (7 mm extra). De vlieger is opgebouwd uit twee helften. De onderste en bovenste velden worden door een platstiknaad bij A-A aan elkaar gezet. Door dit grote vel dubbel te vouwen in de lengte en het vast te spelden aan elkaar kan de mal (van de halve kop) precies langs die gevouwen kant worden gelegd en vastgespeld. De kop kan nu worden uitgesneden of geseald. Bij het weer open vouwen van het vel is de contour van de kop te zien.We hebben gebruik gemaakt van spinnakerzoomband voor de randafwerking. (Wil je een rolzoom maken hou dan bij het maken van de mal rekening met de zoomtoeslag en verstevig de rand eventueel met keperband). Snij eveneens de vinnen en de tunnels uit. De zijde aan de vinnen waarmee we een verbinding met het vliegerdek moeten maken krijgt 2 x een zoomtoestag (zie detailtekening). De maten van de tunnels bepaal je als volgt: (stokdiameter x 3,14) + (4 x zoomtoeslag) = (9 X 3,14) + (4 x 7mm) = 28 + 28 = 56 mm. Tunnelstroken van 56 mm breedte. Naai vervolgens op alle punten en inwendige hoeken dacronversterkingen. Door deze eerst te bevestigen worden de randen aan de buitenzijde van de vlieger mooi weggewerkt achter het zoomband.Begin daarna met het zomen van de vinnen. Alleen aan die zijde die aan het vliegerdek genaaid gaat worden maken we een rolzoom. Een keer omslaan en vaststikken volstaat.Zoom dan de randen van het vliegerdek. Een lastig karweitje op die plaatsen waar een knik in het doek zit bij een zogenaamde inwendige hoek. Toch is dit te doen door zover mogelijk tot in zo’n hoek door te naaien en dan de zoomband met over-lengte af te knippen. Door het zoomband aan de stofvouw door te knippen tot precies in de hoek, kun je het band aan onder- en bovenzijde voorbij de hoek vastnaaien. Overschot knip je daarna gewoon weg. Het starten in zo’n inwendige hoek gaat weer zo. Eerst een knipje geven in de stofvouw van het band om het zodoende over de hoek heen te schuiven en dan weer verder naaien. Later deze flapjes vastnaaien en overschoten wegknippen. Nu kunnen de ogen worden gemaakt. Door wat ruimte te houden onder de naad A-A en de staanders is de plaats te bepalen waar de ogen moeten komen. Teken hiervoor de ogen eerste op een stukje karton en knip dit uit. Deze mallen helpen bij het plaats bepalen. Teken de exacte plaats op het vliegerdek en naai aan de achterzijde eerst een versteviging van keperband of dacronband. Hier overheen komt dan de stof gevouwen die het gat afwerkt. Door dit zo te maken zal de rand van zo’n oog niet gaan oprekken. Is alles afgezoomd dan kunnen de vinnen worden vastgespeld op het dek. Ze lopen precies in de lijn van de staanders. Teken die lijn met een zacht potlood op het dek daar waar de vinnen moeten komen. Vervolgens de vinnen vastspelden en vastnaaien aan het dek.Nu komt het maken van de 8 tunnels voor de staanders. Alle zijden worden enkel omgezoomd. In de zoom van de korte zijden kan eventueel een smal strookje dacron worden mee gestikt ter versteviging van de opening. Aan de achterzijde van de vlieger dienen die tunnels te komen exact achter de vinnen en zo strak rond de staanders heen zodat er weinig speling in zit. De krachten komen via de vinnen en het vliegerdek op die tunnels die het frame op z’n plaats houden. Het geheel moet wel stevig met elkaar verbonden zijn. Door de tunnels vast te spelden of gebruik te maken van dubbelzijdige tape kunnen ze precies op de juiste maat worden vastgezet. De tunnels zijn onderbroken ter plaatse van het stukje slang. Hierin komt later de spreider. Nu rest ons alleen nog een aantal kleine tunneltjes van b.v. dacron ter plaatse van de opspanpunten. Hiermee fixeren we het frame tegen wegdraaien. Op alle hoeken dienen tevens opspan- of bevestigingslijntjes genaaid te worden. Maak deze niet tekort. Nog een klein lusje aan elke vin naaien voor de toom bevestiging. Ter plaatse van de kruising staander en ligger moet op de darconversteviging een veter worden bevestigd. Hiermee fixeren we de ligger tegen de staander aan. naar boven
STAART
Dit model kan niet zonder staart worden gevlogen. Het moet een staart zijn van minimaal 8 meter lang. Door stroken te snijden van 12 cm breed (haaks op de stof) en door op deze stroken een (liefst platte) vliegerlijn te naaien, ontstaat een stevige basis. Een vliegerstaart (rafelstaart) werkt alleen goed als deze veel luchtweerstand opbouwt. Dit verkrijgen we door dwars op de lijn de stof in te knippen met tussenruimtes van 1,5 cm . Pas op, niet de lijn doorknippen! Die is vastgenaaid voor de sterkte, zo kun je eens stevig aan de staart moeten trekken zonder bang te zijn dat de stof scheurt. Die lengte van 8 meter betekend honderden knipjes met een schaar, maar het resultaat is effectief. Maak aan beide einden een lus voor bevestiging aan de vlieger. Op dezelfde manier maken we ook de V-lijn. Tussen beide staanders maken we twee rafelstroken van elk 80 cm lang. Ze worden samengeknoopt en hier maken we een lus. Hier komt later de staart aanvast. De bevestiging aan de vlieger kan worden uitgevoerd door lusjes om de staander heen. De naaimachine kan nu aan de kant.
FRAME
De staanders wordt op lengte gemaakt. Aan beide uiteinden wordt een zaagsnede gemaakt. Hierin komt straks het bevestigings- of opspanlijntje. Voer de staanders in de tunnels met de stukjes slang eroverheen geschoven. Die stukjes slang dienen eerst van een gat te worden voorzien. Door ze bij het opschuiven opzij te vouwen kan het frame door het gat in de zijkant worden geschoven en ontstaat de mogelijkheid om de spreider er in te plaatsen.Om de krachten beter op te kunnen vangen op de uiteinden van de staanders verdient het aanbeveling de uiteinden te wikkelen en af te lakken. Zo ontstaat een sterke opspanning. Zitten beide staanders op hun plaats dan kunnen de spreiders op lengte worden gemaakt. Met iets overlengte uitvoeren zodat alles lekker wordt opgespannen. Als laatste de splitdoppen op de ligger schuiven en de opspanlijntjes op lengte knopen. De ligger wordt d.m.v. de veters op de kruisingen ligger/staander gefixeerd. Nu kan de toom eraan. naar boven
TOOM
Vanaf de bovenste vinnen loopt een lijn waarin halverwege een alu-ring moet komen. De afstanden van de punt van de vin naar de ring moet 87 cm zijn. Zo ook aan de onderste vinnen een doorgaande lijn knopen waar een ring wordt geplaatst op 134 cm vanaf elke vin. Deze twee ringen worden met elkaar verbonden door een derde lijntje waarin eveneens een ring is opgenomen> Dit is de toomring waar de vliegerlijn aankomt. Deze ring is naar behoefte naar boven of naar onder te verschuiven. Gebruik als knoop steeds een katteklauwknoop. Om de vlieger stabiel te krijgen moet de staart worden vastgemaakt aan de V-lijn. De vlieger kan nu worden uitgetest.
OPLATEN
Ga naar je vliegerstek en probeer dit model uit bij windkracht 3 Bft. Bevestig de vliegerlijn aan de toomring en geef lijn tot ±10 meter. Corrigeer eventueel de stand van de toomring en geef daarna meer lijn. Je zult ervaren dat het model stevig trekt. Succes met het maken en veel plezier met je nieuwe aanwinst! naar boven |