|
Deze
vlieger, naar ontwerp van Peter
Schmidt, is als winterproject bij de Hamburgse Drachen Gruppe
gebouwd.
Tijdens een vliegerweekend bij Tako Kichi trof ik deze mensen en mocht
het model opmeten. Door zijn mooie vlieggedrag viel de vlieger direct
op. Bij windkracht 4 stond hij in de lucht vastgeprikt en de trekkracht
was heel laag. Het model was aan de vleugelpunten en aan de staander
voorzien van lange linten (minimaal 6 linten van 1,5 m lang) om de
stabiele vlucht te verzorgen, dit past goed bij het model. Die avond
werd de vlieger voor het nachtvliegeren gebruikt. Op de randen was
reflectieband genaaid, dit kon men met een zaklamp laten oplichten, een
prachtig schouwspel. Kortom een vlieger die door de sierlijke vorm zeer
attractief en tevens goed bruikbaar is om bijzondere patronen in te
verwerken. Dit model is volgens ons niet echt geschikt voor de
beginnende vliegerbouwer. Het vliegbereik ligt tussen 1½ - 4 Bft. MATERIAAL ±
3 m1 32- of 54 grams spinnakerdoek ZEIL Voor
deze beschrijving gebruiken we geen moeilijke zeilindeling, maar één
vlak zonder extra naden etc. De vlieger is opgebouwd uit een kop, twee
vleugeldelen met daar aan vast de staartdelen en de twee vlakken voor de
tunnelkiel. De vleugeldelen en de staartdelen worden ter plaatse van
markering F in het zeilplan met elkaar verbonden door een naad. Om al
die verschillende delen goed te kunnen uitsnijden maken we eerst een mal
van het totale vleugeldeel met de staart er aan vast. Plus een losse mal
voor de kop en voor de tunnelkiel. Daar waar de delen aan elkaar moeten
worden gestikt houden we rekening met een toevoeging van 7 mm voor de
zoom. Let wel, de zoomtoeslag voor de zijde van de tunnelkiel waar de
beide tunnelzijden aan elkaar worden genaaid moeten 14 mm zijn i.p.v.
de gebruikelijke 7 mm (zie detail aanzet tunnelkiel). De maten voor het
vleugeldeel zijn maar ten dele terug te vinden in de tekening. De curve
van de tunnelhoes is aangegeven en is door een staaf van 6 mm langs deze
punten te buigen goed uit te tekenen. De ondercurve kan d.m.v. de punten
C, G, en F met elkaar te verbinden met een fiberstaafje van 2mm worden
bepaald. Een mooie vloeiende lijn is zo gemakkelijk gemaakt. Snij alle
delen zorgvuldig uit. Vervolgens kunnen we de vleugeldelen aan elkaar
stikken en de staartdelen weer aan deze vleugels stikken. Leg steeds de
zoom aan de achterkant van de vlieger en stik deze met een tweede steek
plat. De onderkant van de vleugels kunnen we geheel afwerken met
zoomband. Ter plaatse van het tunneltje op de staartzijden kunnen we de
afwerking achterwege laten. Nu gaan we het kopdeel eerst van een
neusversterking voorzien door twee lagen dacron (iets verspringend) in
de punt te naaien. Hier overheen kan dan de zoomband voor de
randafwerking komen. Dit geeft een verzorgd geheel. Als laatste naaien
we dit deel aan de vleugels vast met een platstiknaad. De vlieger begint
zijn vorm te krijgen. We
gaan nu de tunnel voorzien van zoomband aan de voor- en achterzijde
ervan. De zoom die aan het toompunt grenst (lengte van die naad = 68,5
cm) moeten we eerst 7 mm omzomen. Hiervoor is die 14 mm zoomtoeslag.
Daarna kunnen we de delen op de vleugels vastnaaien. Doe dit door de
zoom aan de binnenzijde van tunnel te leggen ook hier de losse zoom
platstikken tegen de vleugel. Vervolgens vouwen we beide tunnelzijden
naar elkaar en sluiten de tunnel door een naad te leggen 7 mm vanaf de
reeds omgezoomde rand. In deze naad is het opnemen van een lus ter
plaatse van het toompunt of beter gezegd aangrijpingspunt van de
vliegerlijn een goed idee. Dit staat verzorgd en is tevens sterk. STAARTLINTEN Zoals
eerder beschreven, vliegt het model alleen met die linten aan de
vleugeluiteinden en aan de staander. Die linten zijn te vervaardigen
uit zoomband, dit heeft de juiste breedte en het is weinig werk. Je kunt
ze eventueel ook zelf uitsealen. We
moeten per bundel minimaal 6 linten hebben met een lengte van 1,5
m die aan een kant aan elkaar worden genaaid. Op die plaats moet tevens
een gaatje worden gesmolten. Door dit gaatje komt een clip die
bevestiging aan b.v. de vleugeluiteinden mogelijk maakt. FRAME De
staander wordt voorzien van het kruisstuk met V-stelling en een nylon
einddop en geplaatst in de dacron versteviging van de neus en de staart.
Met een paar centimeter overlengte steekt de staander onder uit de
vlieger. Door de splitdop te plaatsen en
het elastiek door de gaatjes te knopen kunnen we de staander op
spannen. Nu kunnen de vleugelstokken in de hoezen worden geschoven. Door
ze in het kruisstuk te plaatsten krijgt de vlieger z’n vorm. Plaats op
de uiteinden de splitdoppen. Het elastiek door de gaatjes voeren en door
er een lus mee te knopen kunnen we het elastiek in de splitdoppen haken.
De spanning moet aan beide zijden gelijk zijn. Eventueel te veel aan
uitstekend frame aan beide zijden afzagen. Nu nog het staart gedeelte op
spannen. De staartspreider op lengte maken (±85 cm) en aan beide
uiteinden voorzien van een nylon einddop. De staartspreider tussen het
vliegerdek en het frame in de hoesjes plaatsen en klaar is Kees. |