OPBOUW
VAN DE VLIEGER
De vlieger is samengesteld uit een voorzeil (A). een achterzeil (B), een
voorkiel (C), een achterkiel (D), de staander (E) en de spreider (F) met
aan de achterzijde ook nog een whisker (G). De kielen zijn verbonden met
het opspanlijntje (H).
ZEILEN
Vervaardig eerst van de zeilen en kielen een mal uit karton. Hou
rekening met de zoomtoeslag!
De mal voor de onderste kiel moet worden voorzien van een gebogen
zijde. Die kan worden bepaald door de staander die kromme te geven
(opspannen met een lijntje) die volgens de tekening (Zijaanzicht) nodig
is. Is dit alles gelukt is een controle op de maatvoering van alle delen
die aan elkaar moeten komen eenvoudig uit te voeren. Snij de onderdelen
uit. Alle spinnaker onderdelen dient men te voorzien van
dacronverstevigingen en opspanmogelijkheden. De zeilen worden afgewerkt
met spinnakerzoomband.
De tunnel van de staander van beide kielen wordt gevormd door de stof
terug te slaan en zodat een tunnel ontstaat. Zie detailtekening (A-A).
De zeilen samenvoegen door de kiel tussen de twee zeilen te leggen. Hou
rekening met het feit dat de zoom aan de achterzijde moet komen. Na het
samenvoegen de zoom platstikken aan een van de zeilen. Zie
detailtekening (B-B).
De tunnel van de spreider is gemaakt van dacronband van 4 cm breed. Vouw
eerst de strook dubbel en pers de naad stevig zodat die duidelijk
aanwezig blijft. Leg de voorste stofrand van het achterzeil in de strook
dacron tegen de vouw aan en speld de dacronstrook dicht. Nu de strook
vaststikken aan het zeil. Zie detailtekening (C-C). Voor de whisker
dient men een paar tasjes te vervaardigen. Voer die uit in dubbele
dacron zodat de glasfiberstaaf er niet doorheen kan prikken. Aan het
achterzeil dient men ook een toombevestiging te naaien. Hiervoor kan een
lusje worden gemaakt van in vieren gevouwen spinnakerzoomband. Over de
tunnel heen vouwen en vaststikken achter de vrij te houden tunnel. De
staander moet er goed kunnen passeren. Op alle punten waar we de vlieger
opspannen etc. maken we dacron versterkingen. Aan de top een lusje
naaien waar de splitdop in komt. Dit lusje maak je van een lijntje wat
op de dacronverstevigingen wordt vastgenaaid. De punten van de voor- en
achterzeilen worden ook voorzien van een opspanlijntje. Dit bevestigen
we later aan de splitdoppen die aan de uiteinden van de spreider komen.
Als laatste ook een opspanlijntje naaien aan de achterkant van de
achterkiel. Hiermee spannen we de staander op.
FRAME
Om de beide frame staven met elkaar te verbinden gebruiken we een stukje
gewapende slang. Hierin maken we eerst twee gaten zodat de staven elkaar
kunnen kruisen. Hiervoor kan een messing koppelbus van ø 4 mm dienen.
In de boormachine geklemd is dit pijpje goed te gebruiken om keurige
gaatjes in de slang te snijden. Bevestig in het ene gat de messing
koppelbus en laat door het ander gat de staander lopen.
Schuif op alle uiteinden de splitdoppen. De vlieger is nu op te spannen.
Zorg dat het geheel wordt opgespannen zonder rimpels. Wat ons nu nog
rest is de whisker op maat maken en van de einddopjes voorzien en in de
tasjes schuiven. Als hulpje bij het strak opspannen van de vlieger kan
een extra lijn tussen de spreiderpunten uitkomst bieden. Maak dit
lijntje zo dat het aan een zijde in de splitdop kan worden gehaakt
(lusje ) en aan de andere zijde is op te spannen (scheerlijnspanner). Zo
is de kromming van de spreider bij te stellen.
naar
boven
TOOM
De toomlijn is verbonden aan de top van de staander. Hier komt een
splitdop waar de toom doorheen moet. Aan de onderzijde komt de toom in
het opgenaaide lusje. De vlieghoek is aan te passen door de toomring te
verschuiven. De aangegeven maat is een indicatie. Op het vliegerveld
moet een en ander misschien nog worden bijgesteld.
STAART
Dit model zou (mits correct gemaakt) moeten kunnen vliegen zonder
staart. Om zeker te zijn van een stabiel vlieggedrag is een staart aan
te raden. Vervaardig hiervoor een franjestaart door strookjes van 12 cm
breedte uit te snijden en die strookjes op een dun nylonlijntje vast te
naaien. Dit lijntje dient precies in het midden van de stroken te komen
(hulplijn trekken met zacht potlood) en wordt vastgestikt met een flauwe
zigzag steek. Een staart van 6 meter lengte volstaat zeker. Aan een
uiteinde een lus knopen in de opgenaaide lijn en aan de staander
bevestigen.
OPLATEN
Wacht met oplaten totdat het niet al te hard waait op je vliegerstek en
bevestig de staart en
vliegerlijn en geef minstens 10 meter lijn. De toom naar wens in stellen
en vliegeren maar. naar
boven |