ZEILEN
Voor deze beschrijving gebruiken we voor het nodige contrast zwart
spinnakernylon voor de achterpanelen. De panelen worden direct op het
spinnakernylon uitgezet en uitgeseald. Door met een zacht potlood de
panelen uit te tekenen op het spinnakernylon delen we de vlakken in. De
potloodlijn gebruiken we om langs te sealen en straks om langs te
naaien. Denk aan de zoomtoeslag. Controleer de vlakken door beide
diagonale lijnen te meten. Die moeten dezelfde lengte hebben om zuiver
haakse hoeken te waarborgen. Voor de vinnen adviseren we een mal te
maken van stevig karton, die is meerdere keren te gebruiken. Vergeet
hier niet de zoomtoeslag. Als laatste sealen we de tunnels uit. Deze
strookjes hebben een breedte van 4 cm en een lengte van 93 cm. Voordat
we de panelen aan elkaar kunnen naaien moeten we nog een lastig
karweitje klaren. De gaten in de voorpanelen moeten worden uitgeseald.
Gebruikmakend van de gatenmal kunnen we exact bepalen waar ze moeten
komen.
Door de mal van boven naar beneden op te schuiven (poltoodlijn als
markering zetten) bepalen we de plaats waar een gat dient te komen. De
korte curve van zo´n gat laat zich gemakkelijker sealen als we een
soldeerstift gebruiken met een ronde punt. Sla ter hoogte van de
toompunten een gat over. Zie aanhef! Zodra alle gaten zijn geseald kan
de naaimachine op tafel. omhoog
SAMENVOEGEN
Voordat we alle delen samenvoegen dienen we ze van zoomband te voorzien.
Bij de toompunten van de vinnen nemen we een dacron versterking op. De
rand ervan wordt achter het zoomband keurig afgewerkt. De voor- en
achterpanelen kunnen nu aan elkaar worden genaaid. De potloodlijnen E
t/m H op beide panelen moeten precies boven elkaar komen. Even
vastspelden (hier is tape niet te gebruiken) om te zorgen dat het niet
verschuiven kan en naaien maar. Een kant en klaar paneel bestaat uit een
voorpaneel voorzien van gaten bevestigd op
een achterpaneel door middel van een stiksel over de lijnen E t/m
H. Zijn de drie panelen klaar dan kunnen we de tunnelstrookjes gaan
maken. De strook van 40 mm breedte wordt aan de lange zijden eerst
omgezoomd, 7 mm terugvouwen en vast stikken (zie Detail A en B). De
uiteinden voorzien we aan de binnenzijde van een strookje dacron. Dit
voorkomt dat het staandertje later door de stof heen prikt. Deze dacron
versterking moet ook op de vinnen worden genaaid bij de punten C en D.
De strook wordt aan beide uiteinden afgewerkt met een stukje zoomband.
Op die manier hebben alle buitenste randen dezelfde afwerking. Nu eerst
nog de achterzijde van de vinnen 7 mm omzomen (zie Detail A en B) en dan
kan de rest worden samengevoegd. We beginnen met de drie eerder
vervaardigde zeilvlakken aan elkaar te naaien. Door ze ruggelings tegen
elkaar te leggen met de zoom (nabij de vinnen) en hier op 7 mm vanaf die
rand te naaien stikken we de vlakken aan elkaar. Aan die zomen komen de
vinnen en de tunnelstroken. Zie detail A & B. De vinnen komen nu aan
de beurt. Ze worden aan de zomen vastgespeld (of getaped) en met een
enkele stiknaad aan de zoom vastgenaaid. Vervolgens de tunnelstroken.
Deze strookjes worden tegen de naad van aan elkaar genaaide velden
gelegd en vast genaaid. Om die naad (daar waar de vinnen en de
tunnelstrook tegen de velden aan komen) extra stevig te maken naaien we
met een zigzagsteek nogmaals over die naad. Als laatste rest nu nog de
tunnelstrook te sluiten. Strijk de tunnel strak tegen de vin en stik op
7 mm van de rand de tunnelstrook vast aan de vin.
Daarna de zoom nogmaals vastnaaien met een zigzagsteek. De tunnel
aan de onderzijde dichtnaaien. Door de zoomband afwerking heen enkele
keren heen en weer stikken. Een lastig karweitje omdat daar meerdere
lagen spinnakernylon en twee lagen dacron zitten. De tunnel word aan de
bovenzijde gesloten als de staander erin is geschoven. Dit sluiten kan
misschien maar beter met de hand gebeuren, omdat er te weinig ruimte is
om onder het naaimachinevoetje te manoeuvreren. Aan de vier toompunten
maken we lusjes van gevouwen spinnakerzoomband. Stevig vastnaaien is wel
nodig want hierop komt de meeste trekkracht.
FRAME
De staanders wordt aan de uiteinden afgerond met een schuurpapiertje. Dit
voorkomt het beschadigen van de binnenzijde van de tunnel. Een nylon
einddop is op die manier niet nodig. De staanders moeten zo lang zijn dat
de tunnel nog net gesloten kan worden en er geen extra ruimte over is. Ze
mogen niet omhoog of omlaag kunnen schuiven in de tunnel als de opening is
dichtgenaaid.
omhoog
TOOM
De minimale toomlengte is 2,5 x de breedte van de vlieger. Voor de
buitenste toomlijnen
gebruiken we een lengte van 3,06 m en de binnenste toomlijnen
worden 3 m lang. Knoop de lijnen rond de lusjes aan de vinnen en hou wat
extra lengte om na te kunnen stellen. De lijnen komen samen bij een
aluminium toomring waar ze worden vastgeknoopt. omhoog
OPLATEN
Bevestig je vliegerlijn aan de toomring. Hou in de gaten dat op 5 meter
hoogte nog erg veel turbulente wind staat, dus lijn geven tot ±20 meter
geeft een stabielere wind. Is alles correct dan meer lijn geven. Veel
plezier met je nieuwe aanwinst!
omhoog
|